Gurubasha, internaat

GURUBHASA, meisjesinternaat

[wppa type=”cover” album=”14″ size=”100%”][/wppa]

Het St. Augustine internaat werd gedurende een 13-tal jaren (2002 t/m 2014) door Suryodaya ondersteund. Er wonen gemiddeld zo’n vijftig meisjes in de leeftijd van 5 tot 10 jaar. De mensen wonen hier verspreid in kleine dorpen. Kinderen moeten daarom vaak ver reizen om bij een school te komen. Daar is geen geld voor. Een internaat biedt dan een oplossing. Maar ook die kosten kunnen veelal niet worden gedragen door de ouders. De meeste kinderen blijven daarom analfabeet, zoals hun ouders. Om dat te helpen voorkomen is vanaf 2002 t/m 2014 een beroep gedaan op Suryodaya.
Gurubasha is twee reisdagen verwijderd van onze basis in Bangalore. Vanwege de grote afstand en omdat de projectleiding er steeds beter in slaagt ook andere fondsen aan te boren is in 2015 in goed overleg besloten onze ondersteuning te beëindigen. Het internaat kan nu ook zonder onze hulp kinderen blijven opvangen die het eigenlijk niet kunnen betalen.

Gurubhasa-1-4

De schoolleiding stuurde ons in 2014 in hun jaarlijkse verslag nog bovenstaande fotocollage.

Gurubhasa ligt in Assam in het noordoosten van India. De bevolking in deze streek bestaat in hoofdzaak uit tribalen, mensen die in stamverband leven en hun eigen cultuur en godsdienst hebben. De streek is geïsoleerd en wordt al decennialang geplaagd door etnisch geweld. Het is daarom nog steeds een van de armste streken van India. Er wonen verschillende volken door elkaar. Ze hebben traditioneel hun eigen animistische godsdiensten en zijn dus geen hindoe of moslim. Veel tribalen zijn de afgelopen decennia Christen geworden, niet in de laatste plaats omdat christelijke organisaties zich actief hun lot aantrokken en veel scholen en ziekenhuizen hebben gesticht. De beste ziekenhuizen en scholen daar zijn nu veelal van christelijke organisaties. Dat leidt tot problemen, die nog bovenop de spanningen komen die de groepen onderling al hebben. Regelmatig vinden gewelddadigheden plaats tegen christenen. De door de christelijke organisaties ondersteunde emancipatie van de armen zet kwaad bloed bij groepen die daar geen belang bij hebben omdat die hun traditionele machtspositie bedreigt. De katholieke organisaties hebben hier van oudsher een werkwijze die niet primair missionerend is. Ze scheppen voorzieningen die open staan voor iedereen en proberen met hun eigen levenswijze en voorbeeld mensen de kracht van hun geloof te laten zien. In de praktijk blijkt dat op deze manier eersteklas scholen en ziekenhuizen zijn opgericht waar iedereen, animist, moslims, hindoe of christen, zijn kinderen graag naartoe stuurt. Door deze primair sociale en gematigde aanpak roepen de katholieke initiatieven minder weerstand op dan de vaak agressieve evangelisatiecampagnes van veelal Amerikaanse protestante groeperingen.